Marcelino Lopez | psycholoog & schrijver
psycholoog & schrijver

De schaduwkant van positief denken

Piet – een talentvolle muzikant die ooit goed kende en eigenlijk heel anders heet –voelde zich ooit volledig mislukt. Terwijl hij jarenlang probeerde door te breken, moest hij aanzien hoe minder talentvolle kennissen in belangrijke voorprogramma’s optraden, positief werden gerecenseerd en hun kunstje in DWDD mochten doen. Vergelijken is de duivel, en de jaloezie begon hem zo te steken dat hij op een duister moment zijn instrumenten aan de wilgen hing en een tijdlang van de radar verdween.

Drie jaar later was hij terug. En hoe. Piet bracht zijn eerste album uit, werd bejubeld in landelijke media en mocht nu zelf optreden in DWDD. Watskebeurt? ‘De kracht van positief denken.’ Op zijn tijdlijn verscheen een ontroerende boodschap waarin hij eerlijk vertelde over de gitzwarte periode die eraan vooraf was gegaan en hoe belangrijk het is om ondanks alles in jezelf te blijven geloven. Sinds zijn bezoek aan een bekende zelfhulpcoach wist hij: ‘Alles is mogelijk, als je er maar in gelooft.’ Amen. Likes en lofzang alom.

De wet van de aantrekking
Iedereen die worstelt met het leven én aan ‘persoonlijke ontwikkeling’ doet, wordt vroeg of laat gewezen op de beloften van Positief Denken. Het belangrijkste recept van deze zelfhulpstroming is simpel: ‘Denk dat het gebeurt, en het zal gebeuren.’ De aangenomen verklaring voor eventueel succes gaat vaak een stuk verder dan de self fulfilling prophecy (die verklaart dat het vertrouwen in een mooie uitkomst, bewust en onbewust, van alles in gang zet om het zo te laten zijn). Nee, omdat alleen vertrouwen in je eigen geest beperkt is, stellen veel zelfhulpgoeroes een grootser en spiritueler mechanisme voor: de barmhartigheid en oneindige wijsheid van het universum zelf. Het universum geeft je volgens hen alles wat je wil, als je weet hoe je erom moet vragen. Letterlijk.

[quote_right] Wie het ongeluk vreest, is niet rijp voor het geluk.– Maurice Roelants, schrijver[/quote_right]

Dit idee is niet wezenlijk anders als Jezus’ uitspraak ‘vraag en het zal u gegeven worden’, maar werd (opnieuw) leven ingeblazen door een van de bekendste zelfhulpboeken aller tijden: Think and Grow Rich van Napoleon Hill. Deze zelfhulpklassieker uit 1937 verkondigt het revolutionaire idee dat mensen alles kunnen krijgen wat ze willen als ze het maar écht geloven. Zo claimde Hill dat jij en ik arm zijn, omdat we nooit hebben leren denken zoals de miljonair. ‘Denken en voelen dat je rijk bent, maakt je rijk.’ Hoe kwam Hill aan die wijsheid? Hij bestudeerde extreem succesvolle mensen en zag als gemeenschappelijke factor dat zij extreem positief waren en gewoon geen ‘nee’ accepteerden: zij vonden dat ze hun succes en rijkdom verdienden. Hierom deden ze niet aan zelfsabotage en focusten zij al hun energie om te krijgen wat ze wilden. Klinkt goed.

Dit idee werd pas echt ‘wereldnieuws’ toen tv-vrouw Rhonda Byrne het in 2006 verfilmde als The Secret, daar later een gelijknamig boek van maakte en er regelmatig in de Oprah Winfrey show over mocht oreren. Het geheim komt neer op wat Byrne ‘the Law of Attraction’ (LOA) noemt. De stelling is dat gedachten niet alleen je gedrag en stemming sturen, maar daadwerkelijk een boodschap het universum insturen die het universum vervolgens begrijpt en beantwoordt. Hoe? Middels de mysterieuze werking van de kwantummechanica. ‘The Law of Attraction is de wet van de schepping. Kwantumfysici vertellen ons dat het hele universum uit gedachten is ontstaan… Jouw gedachten creëren direct jouw werkelijkheid.’

Volgens Byrne zijn de meeste mensen een slachtoffer van zichzelf, omdat ze onbewust negatieve gedachten het universum inzenden. Ze hebben nooit goed leren nadenken. Ook kanker, oplichting, botbreuken en een kapotte auto zijn enkele van de tragedies die je volgens haar onbewust op jezelf kunt afroepen. Het medicijn: bewustwording en positieve intenties het universum insturen. Byrne beweert bijvoorbeeld dat wanneer je wilt afvallen ‘jij je eerst moet realiseren dat het niet het eten zelf is dat jou dik maakt: Het is het idee dat voedsel jou dik maakt, dat jou dik maakt.’

Tot zover de theorie. Nu over naar de werkelijkheid. Wat zegt wetenschappelijk onderzoek over het nut van positief denken om je doelen te bereiken? Werkt het ook?

Fantasieën omzetten in werkelijkheid
Psychologieprofessor Gabriele Oettingen onderzocht jarenlang de rol van positief denken in samenhang met motivatie en het bereiken van doelen. Ze vergeleek proefpersonen die leerden een positieve uitkomst te visualiseren met ‘neutrale’ proefpersonen die dat niet deden. Ze testte allerlei personen en doelgroepen: vrouwen die wilden afvallen; studenten die een leuke date of goede baan wilden; patiënten die na een heupoperatie weer op hun benen wilden leren staan; schoolkinderen die goede rapportcijfers wilden behalen. In elk van de onderzoeken waren de resultaten hetzelfde: het fantaseren over positieve uitkomsten hielp geen van de proefpersonen hun doelen eerder te bereiken. Integendeel: de positivo’s deden het slechter. En daarbij: hoe positiever de proefpersoon was, hoe slechter het resultaat.

Oettingens verklaring: ‘Positief denken laat ons brein denken dat we ons doel al bereikt hebben en dat saboteert onze motivatie en bereidheid om dat doel daadwerkelijk te bereiken. Dromen over de toekomst heeft een kalmerende werking – je bloeddruk wordt meetbaar lager – maar het zuigt ook energie weg die je nodig hebt om je dromen te verwezenlijken.’

Fantaseren hoe jij je succesvolle miljoenenbedrijf uitloopt met een verliefd fotomodel naast je lijkt misschien onschuldig, het is teleurstellend wanneer het niet lukt. En die kans is aanzienlijk. ‘Mensen die fantaseren over een ideale eindtoestand haken in de praktijk sneller af bij de eerste serieuze obstakels. Je wordt er eerder perfectionistisch en faalangstig door en sneller geneigd de handdoek in de ring te gooien. En daar kun je uiteindelijk pas echt depressief en somber van raken’, aldus Psychologieprofessor Richard Wiseman. Hij zette voor zijn boek 59 Seconds alle onderzochte zelfhulptechnieken op een rijtje. Daarin staan wetenschappelijk verantwoorde oefeningen die wel helpen om je dromen te verwezenlijken. ‘Om doelen te behalen kun je beter het proces visualiseren, niet het einddoel. Fantaseren over hoe je jouw doelen probeert te behalen, geeft je direct een idee wat je daarvoor concreet moet doen. Dat vergroot zowel je oplossend vermogen als je motivatie om aan de slag te gaan.’ Juist omdat je fantasieën nu een link houden met het echte leven kun je een bruikbare brug bouwen van wens naar werkelijkheid. En je leert anticiperen op de onvermijdelijke tegenslagen en hindernissen.

Goed, misschien is positief denken niet zaligmakend als manier om doelen te bereiken, maar… dagdromen en fantaseren over je ideale leven maakt je vast gelukkiger, én is dat niet meer waard?

Stel dat het je doel is om gewoon iets gelukkiger te zijn en psychische klachten te verlichten, kan positief denken dan therapeutisch werken?

Witte beren op de weg
Mensen die hebben geprobeerd angsten en zorgen te bezweren met positieve gedachten, hebben het vast al ontdekt: het werkt niet. Hoe meer je negatieve gedachten en gevoelens probeert weg te denken, hoe harder ze terugkomen. Misschien zie je die gemene witte beer al binnenwandelen? Psychologieprofessor Dan Wegner onderzocht dit fenomeen uitvoerig en ook zijn conclusies zijn interessant:

Vraag proefpersonen om de komende vijf minuten níet aan een witte beer te denken (en wel aan rode auto) dan zullen ze er vaker aan denken dan wanneer je ze vraagt om wél aan een beer te denken. Als je proefpersonen vertelt over een verdrietige gebeurtenis gevolgd door de instructie om het vooral los te laten, dan worden ze verdrietiger dan wanneer je ze geen enkele instructie geeft. Mensen met een paniekstoornis die de exclusieve boodschap kregen zich te ontspannen, waren meer gespannen dan de mensen aan wie die opdracht niet werd gegeven.
Hoe valt dit psychologisch verklaren?

Ons denken is geëvolueerd om praktische doelen te bereiken en tussendoor te evalueren of dat volgens plan verloopt. Als het doel ‘avondeten’ is, komen jouw gedachten met een concreet stappenplan op de proppen: ‘Na het werk loop ik even langs de pizzeria. En laat ik er ook even een flesje wijn bij kopen.’ Ons denken blijft ons gedrag vervolgens controleren en bijsturen totdat het doel behaald is. ‘Ah, de pizzeria is dicht, dan maar de Thai!’ Wanneer we daarentegen ons denken gebruiken om zichzelf te sturen, gebeurt er iets vreemds. Een doel als ‘positief denken’ maakt dat ons brein zichzelf continu probeert te betrappen op negatieve gedachten. Alleen zo kan het controleren of het zijn doel (in dit geval ‘positief denken’) heeft bereikt. Positief denken houdt je op die manier geketend aan negatieve gedachten en ongewenste emoties.

Er zijn twee denkfouten die je kunnen beletten de gebreken van Positief Denken te doorzien, en je daardoor juist ongelukkig maken.

Denkfout 1. ‘Shit, afgewezen! Ik moet positiever denken.’
Het probleem (en succes) van de Law of Attraction is dat de theorie – net als bij elke religie – noch te bevestigen, noch te ontkrachten valt. Bij succes dank je het universum, bij ongewenst resultaat wijt je het aan je spirituele tekortkomingen. Je moet nóg positiever leren denken. Het gevaar van blind geloof in de magische kracht van positief denken is hierom dat het je allergisch en bang voor de werkelijkheid kan maken. Zelfs dikke pech kun je zien als persoonlijk falen. Behalve dat je je slecht voelt omdat je kanker hebt of je auto in de prak rijdt, voel je je ook nog eens schuldig dat het jou overkomt.

Ik had ooit een LOA-enthousiast in mijn praktijk die pas actie ondernam ‘als de intentie zuiver voelde’ en ze geen meer angst voelde: in de praktijk deed ze daardoor helemaal niets. Ze bleef in cirkeltjes denken zonder ooit een beslissing te nemen. Zo durfde ze pas na twee maanden piekeren een ‘duidelijk flirtende collega’ op de koffie te vragen. Die had toen inmiddels verkering met een ander. (‘De intentie was niet oprecht’, zei ze daar vervolgens over.) Het wachten op de juiste positieve vibe om iets gedaan te krijgen, is een onvruchtbare levensstrategie.

Onderzoek laat zien dat je je eigen gedachten juist beter niet te serieus kunt nemen en gewoon actie moet blijven ondernemen. ‘Anders doen’ leidt in de praktijk eerder tot positieve gevoelens en succes, dan ‘anders denken’. En hierom komen sombere mensen die zichzelf dwingen te sporten vaak echt in een betere stemming. Uitvoerig onderzoek van eerder genoemde Richard Wiseman liet zien dat het grootse verschil tussen zelfbenoemde mazzelaars en pechvogels niet was (zoals vaak wordt aangenomen) dat eerdergenoemden knapper, rijker of intelligenter zijn, maar vooral dat ze actiever (en iets extraverter) zijn. De geluksvogels waren vaker op het juiste moment op de juiste plek, omdat ze gewoon op meer plekken komen. Succes en mazzel zijn eerder een kwestie van statistiek, dan het resultaat van positief denken. Optimisme heeft zeker een functie, maar vooral omdat optimistische mensen meer geneigd zijn actief iets van hun leven te maken.

Kortom: vertrouwen in een goede afloop is nuttig – want daardoor blijf je actief bezig– maar je leven aan het lot of de LOA overlaten is dat niet. Negatieve gevoelens, angsten en pech kunnen soms maar beter omarmd of (als dat mogelijk) praktisch aangepakt worden in plaats van bezworen met magisch denken.

Denkfout 2. ‘Ik dacht aan een ijsje en ik kreeg er een.’
De tweede denkfout die de LOA overtuigend maakt, wordt wel de ‘overleversbias’ genoemd. Wie in de LOA gelooft, komt vaak met dit soort voorbeelden: ‘Ik dacht op een warme dag aan een ijsje en toen trakteerde een oude kennis mij op een ijsje.’ Mooi, maar we zijn geneigd alle keren te negeren waarin we ook iets wilden, en niets kregen. De treffers worden eruit gelicht als bewijs en de missers vallen niet op. Dat geeft noodzakelijk een vertekend beeld. Zelfhulpcoaches gebruiken ook altijd hun eigen succes als bewijs voor het succes van hun methode. Ook dat stinkt, want het succes van de zelfhulpgoeroe zegt niets over de effectiviteit van positief denken. Het zegt alleen maar iets over hoe succesvol hij is in het verkopen van dit malle idee.

Het was ook deze blinde vlek die Piet, de teleurgestelde muzikant, dwars zat. We horen in de media en volksmond veel vaker over de successen en wonderen dan over de keren dat er níets speciaals gebeurt. Piet zag op een gegeven alleen nog maar muzikanten om zich heen zag die meer status en roem hadden dan hijzelf. Wat hij daarbij ook negeerde was dat successen in de regel zichtbaarder zijn dan de mislukkingen. Sterker, nog: het reservoir mislukkingen is reusachtig veel groter dan dat van de succesverhalen. Achter elke muzikant op de hitlijst gaan er duizenden schuil die hun liedjes in schimmige achterafkeldertjes spelen of voor drie verdwaalde internetters op YouTube zetten. En daarachter vind je een nog grotere lading muzikanten die moederziel alleen muziek maken op hun zolderkamertje.
De muzikanten die wél doorbreken komen in de schijnwerpers en dienen vervolgens als voorbeeldformule voor al die anderen die hetzelfde willen bereiken. Die hoor je vervolgens in elk interview inspirerende oneliners roepen als: ‘Geloof in jezelf, dan is alles mogelijk’. In werkelijkheid hebben zij, behalve talent en doorzettingsvermogen, ook veel mazzel gehad. Net als bij een willekeurig kansspel kunnen er uiteindelijk maar een paar winnen.

Vanwege deze blinde vlek blijven mensen hoopvol meedoen aan loterijen en talentenjachten. En daar is niks mis mee, als ze maar niet – zoals de muzikant – stoppen met hun hobby, omdat ze zich mislukt voelen. Dat hij uiteindelijk toch doorbrak heeft waarschijnlijk alles te maken met het feit dat hij gewoon doorging waar hij was afgehaakt. De verdienste van de zelfhulpgoeroe was niet geweest dat hij de muzikant positief leerde denken, maar dat hij door hem zijn muziekinstrumenten weer van zolder haalde.

De diepere les? Je hoeft niet ultrapositief te zijn om je doelen te bereiken, je moet alleen positief genoeg zijn om ermee door te gaan totdat je je doelen bereikt hebt én realistisch genoeg om geen plank voor je hoofd te hebben als het niet lukt. Positief denken kun je soms vooral zien als die plank voor je hoofd.